Geplaatst

PLAKHANDJES

Afgelopen donderdag kwam er ineens een optocht op mijn pad. Ongetwijfeld was deze optocht her en der aangekondigd, maar, murwgeposterd, sufgeflyerd, en overspammed als ik tegenwoordig ben, wil mij dat wel eens ontgaan. Maar dat houdt het leven een beetje verrassend.
Het begon in de Heuvelstraat. Er stonden hele rijen schoolkinderen, die door docenten in het gelid werden geschikt. Een onderwijzer met een gemillimeterd kapsel, had zijn leerlingen op één rechte lijn staan. Hij paradeerde constant langs zijn troepen. Als één van zijn rekruutjes te ver naar voren of naar achteren stond, wees hij deze met een priemende vinger terecht. De docent van een ander groepje had een zachtmoediger uitstraling. Zijn leerlingen stonden wat minder recht op een lijn, maar wel achter de denkbeeldige streep. Tevreden glimlachend kuierde hij langs zijn pelotonnetje, waarbij hij af en toe een kindje naar achteren zette.
Ze bleken in afwachting van een kunstoptocht, die door hun eigen gegil en gejoel werd ingeluid. Het waren grote groepen kinderen, omhuld of uitgerust met eigen kunstwerken. Ze werden soms onderbroken door engelachtige steltlopers.
Een viertal jongetjes pakte, bij het naderen van de eerste engel, elkaars hand vast.
Ik moest onmiddellijk denken aan een eigen schoolreisje naar de Efteling, waar het Spookslot net geopend was. Ik herinner mij nog als de dag van gisteren hoe één jongen, bij het aanschouwen van de geesten en demomen, zijn handen diep in zijn zakken stopte, zo stuurs mogelijk keek, en voortdurend zei: ,,Ik vind er niks aan."
Dan waren deze vier jongetjes oprechter in hun reactie. Ze hielden het grootste deel van de tocht elkaars handjes vast, opdat er niks kon gebeuren. Soms lieten ze elkaar los om te applaudisseren. Of om het plakkerige zweet aan een broekspijp af te vegen.
Eigenlijk was de reactie van het overrompelde kinderpubliek een grotere attractie dan de optocht zelf.
Maar toen het afliep, hoorde ik de bekende carnavalsopstoetverzuchting: ,,Valt er naa wir un gat of ist afgelôope?"
Gelukkig hoorden de kinderen dat niet. Die waren alweer op weg naar een tweede magische belevenis bij de Heikese kerk, waar de optocht nogmaals zou passeren.