Geplaatst

Het geheim van Tilburg (2)

"Zal iemand ons hier op tijd nog vinden?" Naarmate de uren verstreken werd die angst veel groter nog dan de uitwerking van de ongevraagde injecties. Alle vrienden en vriendinnen waren op vakantie. Dus kreunde ze uit alle macht toen ze twintig ellendige uren later voetstappen hoorde. Een qua neus uitzonderlijk grootgeschapen postbezorger stond buiten voor de deur om twee kaarten in de bus te stoppen. "Heel veel succes met je pogingen om het werk van Kees af te maken" en "Groeten vanuit Mallorca voor de dappere Carlijn", zo registreerden zijn nieuwsgierige ogen. Maar hij had beter zijn óren de kost kunnen geven. Waren die maar net zo ontwikkeld als zijn enorme reukinstallatie. Vergeefs was het gekreun van Carlijn. Ook toen de postbode van een aparte stapel nog een brief pakte. "Gefeliciteerd. U hebt een prijs gewonnen", zo meldde de envelop. Een al overal huis aan huis bezorgde boodschap die de postbode niet meer hoefde te lezen. Kregen nu misschien andere organen nog kans om iets te signaleren? "Hmmp, hmmp", klonk het weer toen de brief naar binnen gleed. Het binnensmonds gebrom drong echter niet tot de postbode door. Maar zijn buitenproportionele snuffelpaal die werd ineens wél geprikkeld. Die signaleerde een vreemde geur! Dat was bepaald niet de gebruikelijke frisheid van schoonmaakmiddelen. Hier leek iets niet in orde. En voor zulke zaken bleek hij vaker een feilloze neus te hebben. Dus deed hij iets wat nog meer in strijd was met elke postbodecode: door de brievenbus naar binnen gluren. Dat maakte zijn argwaan nog groter. In de gang lag een gele plas, de blaasinhoud waarmee de arme Carlijn naar geen enkel toilet meer kon. En zag hij een vastgebonden onderbeen? Hoorde hij een geluid dat niet verder kwam dan buik en keel? Wat hij in elk geval duidelijk verstond waren de woorden: "Sinds wanneer steken postbodes hier hun néus in de brievenbus?" Een man die zijn hond uitliet posteerde zich breed achter de postbode en wenste een verklaring met de woorden: "Wat heeft dít te betekenen?" Mede om zich uit de pijnlijke situatie te redden schreeuwde de postbode toen zo hard hij kon: "Bel de politie, bel onmiddellijk de politie. En een ambulance. Hier is iets helemaal fout."

Toen de dichtgesnoerde mond van Carlijn was bevrijd en met drie glazen water weer tot functioneren gebracht, waren haar eerste woorden: "Het geheim! Het geheim moet verteld worden." Daarna verduidelijkte ze: "Vandaag is de laatste dag van de verhalenwedstrijd. De bibliotheek moet in mijn bijzondere geval een verteld verhaal accepteren. Want ik werd geboeid en gekneveld.  Ga mee om dat te bevestigen, om te ge.t.t.tuigen." Ze stotterde af en toe van opwinding en ergerde zich aan alle tijd die in haar ogen verspild werd aan het verzamelen en veilig stellen van sporen. Ze gunde zich daarna ook nauwelijks tijd om zich te wassen en schone kleren aan te trekken. Ze kon maar aan één ding denken: de verhalenwedstrijd. Verder reageerde ze ook nergens op. "Op naar de bibliotheek", concludeerde zodoende uiteindelijk ook de politie, "de enige manier kennelijk om verdere informatie te krijgen." Het gevolg was dat laat in de middag nog de bibliotheek werd bezocht. Bezoekers keken raar op van het gezelschap dat de draaideur ineens naar binnen bracht. Begeleid door een oude diender en een jonge agente stapte Carlijn naar de balie.
"Een bijzondere noodsituatie", verklaarde de politieman, "deze vrouw zat dagenlang vastgebonden en was bijna vermoord om te voorkomen dat ze met haar verhaal mee zou doen met de verhalenwedstrijd. Mede in het belang van het verdere onderzoek verzoek ik u dringend om haar verhaal nu in gesproken vorm in ontvangst te nemen."
De aangesproken bibliothecaresse keek het drietal aan alsof ze ineens uit al haar favoriete detectives de hoofdpersonen in levende lijve voor zich zag. En na een paar telefoontjes leek de hele bibliotheek ingeschakeld bij de verdere afloop van dit spannende, nog ongeschreven boek. In een speciale ruimte werd een bandrecorder opgesteld voor de onmiddellijke registratie van Carlijns gesproken bijdrage aan de verhalenwedstrijd ‘Tilburg schrijft’.
"Het geheim van Tilburg door Carlijn Donders", zo werd ze door de ingeschakelde geluidsman speciaal geïntroduceerd. "Steek van wal", zo verduidelijkte hij nog eens toen hij zag dat Carlijn dit alleen nog maar beschouwde als een geluidstest.

Voor overzicht per onderwerp van eerdere en latere stukjes zie weblogoverzicht.