Geplaatst

Interview

Zojuist de remake gezien van ‘Interview’, de film van Theo van Gogh uit 2003 met Katja Schuurman en Pierre Bokma. Nu, dat wil zeggen 2007, geregisseerd door Steve Buscemi, met name bekend uit de films van Tarantino en de gebroeders Coen. Hij speelt zelf de hoofdrol naast de mij onbekende actrice Sienna Miller.

Ook deze gereclyde, veramerikaniseerde confrontatie tussen een serieuze journalist (toen Bokma,  nu Buscemi) en een soapster (toen Schuurman, nu Miller) kent zijn zwakke momenten. Het script moet die twee ‘werelden’ zo’n anderhalf uur bij elkaar houden, interessant houden, voor elkaar en voor de kijker, en dat lukt – weer – niet. Het zij zo.  

Steve Buscemi toont zich schatplichtig, dat siert hem: in het appartement van de beroemde soapster Katya (Sienna Miller) zien we een innige foto van Katja Schuurman en Theo van Gogh, een verhuiswagen van het New Yorkse bedrijf Van Gogh komt in beeld en Katja Schuurman herself heeft een cameo (dat is een glimprol, raar woord, en vreemd, ‘cameo’ staat niet in het Vreemde Woordenboek noch in de Dikke van Dale;  denk maar aan Alfred Hitchcock – voor de ouderen onder ons). Tijdens ‘Poëzie in Carré’, Amsterdam, 27 februari 2006, ontmoette ik haar. Inderdaad, een mooie dame. 

Maar nu komt de werkelijke reden waarom ik deze column schrijf: ergens halverwege ‘Interview’ – dank je wel Buscemi – hoort men een van de mooiste songs aller tijden: ‘Love gets in the way’ van Dayna Kurtz. Zeer toepasselijk. En natuurlijk draait dit nummer op dit moment en ik hoor voor de zoveelste keer de hartverscheurende line: ‘So come on and make a mess of me, I won’t walk away’. 

Nog mooier: mijn cd is gesigneerd met ‘For Cees, Dayna’. Want Dayna Kurtz zong dit nummer op 30 september 2003 in Sounds in de Nieuwlandstraat, bij mij om de hoek, en enkele dagen later zag ik haar met band optreden in 013. 

De wereld is klein. Of zo groot.